Waterkwaliteit en ecologie

De gemeenten willen samen met het waterschap het watersysteem op orde brengen. Daarbij houden we rekening met een veranderend klimaat. We denken daarom samen met het waterschap na over:

  • Gewenste waterdiepte: het is wenselijk dat de watergangen met voldoende diepte worden aangelegd, conform de beleidsregels. Een te hoge temperatuur van het water leidt namelijk tot algengroei en een slechte waterkwaliteit. Voldoende diepte is ook gewenst vanwege overwinteringsplekken voor vissen en om opwoeling van bodemslib bij gebruik van een maaiboot te beperken.

  • Doorstromingsmogelijkheden: doodlopende wateren willen we zo mogelijk vermijden. Dit leidt namelijk tot stilstaand water, wat weer kan leiden tot een slechte waterkwaliteit. Afgekoppeld hemelwater aansluiten op oppervlaktewater kan de doorstroming verbeteren. Doorstromen met behulp van grondwater is ongewenst, dit beïnvloedt de grondwaterstand nadelig in een periode dat het toch al schaars is.

  • Oeververdediging: bij voorkeur geen harde beschoeiing, maar een geleidelijke overgang van water naar land, zodat er ruimte is voor plantengroei.

  • Kindvriendelijke oevers: geen harde overgang van berm naar water. Dit voorkomt ongelukken met (kleine) kinderen.

  • Combinatie van opgaves met andere wensen: bij voorkeur waterbergingsopgave combineren met een flauw talud, zodat het wateroppervlak groter wordt en er ruimte is voor plantengroei.

In 2015 en 2016 zijn in een samenwerking tussen de gemeenten en het waterschap Ecoscans uitgevoerd in onze gemeenten. In deze Ecoscans werden aan de hand van toetsingskaders[1] van STOWA (Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer) de wateren in de gemeenten beoordeeld op beleving en ecologische kwaliteit van het water en de oever. Uit deze Ecoscans zijn knelpunten en maatregelen gekomen. Waar relevant zijn de maatregelen opgenomen in het hoofdstuk maatregelen.

  • 1 Deeltoets 1 van het STOWA Ecologische boordelingssysteem voor stadswateren (Ebeostad).